Het Laakdalse dorpje Veerle is een gezellige en uitnodigende tuin rijker. Startend van 0 heeft Roeland Vranckx van Tuinarchitectuur Vranckx uit Geel het lange rechthoekige stuk grond perceel weten om te toveren tot een rijke en gevarieerde groene ruimte, waarin achter elke haag weer een nieuwe verrassing wacht. Om tot zulke resultaten te komen, heeft zaakvoerder Roeland zo zijn eigen motivaties en overtuigingen.
PLANTENVERPLEGER
35 jaar is de jonge tuinarchitect. Die leeftijd verklaart zijn frisse en energieke aanpak, maar laat niet vermoeden dat Roeland al meer dan 15 jaar ervaring heeft in zijn vak. Nooit twijfelend aan welke richting hij wilde uitgaan, zette Roeland mee zijn schouders onder het het werk van zijn vader, tuinarchitect André Vranckx. “Met vier zussen in huis, was ik – als enige jongen – blij om af en toe te kunnen ontsnappen naar de tuin achter ons huis. Daar staat een gigantische mammoetboom die me genoeg mogelijkheden bood om mij uit te leven. Ook mijn kinderkamer was een klein oerwoud op zich. Ik reanimeerde er verloren gewaande planten uit mijn moeders bloemenwinkel en stalde ze in mijn kamer uit.” De groene genen zorgden er uiteindelijk voor dat Roeland zijn vader assisteerde wanneer hij tuinen ging opmeten of op werfbezoek ging. Het duurde dan ook niet lang voor ook Roeland kritisch naar tuinen begon te kijken. Hoe gaat dat gezegde nu weer, jong geleerd…?
EIGEN PAD
“De laatste jaren wijk ik wat meer af van mijn vaders visie en gewoonten. Geleidelijk aan heb ik een eigen stijl ontwikkeld, gebaseerd op de nieuwe tendensen in de tuinenbranche. Die aanpak vind je ook wat terug in deze tuin: hij is opgedeeld in verschillende sferen die samen een harmonieus geheel vormen. Toch blijft daarbij het zicht op de volle lengte van de tuin bewaard.
Tegenwoordig is het in de tuinarchitectuur belangrijk dat je je klanten de tuin als het ware al kan laten ‘beleven’ in de ontwerpfase, nog voor de aanlegwerken beginnen. Hoewel het voor ons uitermate belangrijk is dat de juiste vormen en lijnen op een grondplan minutieus uitgetekend worden, is dit voor de klanten iets minder relevant. Ik probeer dus vooral, via sprekende, visuele voorstellingen, sfeerbeelden en staalmateriaal, een sterk verhaal te brengen en de klant hiermee de kansen van hun toekomstige tuin en de kracht van onze vormentaal te doen inzien.
HET HUIS PAST BIJ DE TUIN PAST BIJ HET HUIS
“Deze tuin hoort bij een nieuwe pastorijwoning. Zulke woningen vragen om oudere materialen en een iets klassiekere toon in de tuin. Een strakke open tuin zou vloeken met het rustieke karakter van de woning.” Een rode draad in Roelands realisaties is het spelen met ‘spanningen’: door contrasten te brengen in vormen, kleuren en afmetingen creëert hij een tuin die mensen uitnodigt en prikkelt om op verkenning te gaan. Dat doet hij door bochten en knikken in de paadjes op te nemen en door te spelen met tuinwanden, die spanning creëren tussen verhulling en onthulling van tuinkamers. “Zo kan zelfs het kleinste tuintje een groot paradijsje, vol groene ontdekkingen, worden”.
OP VAKANTIE IN DE TUIN
“Het tuinpaviljoen achteraan de tuin is één van de lievelingsplekjes van de klanten. Ze brengen bijna even veel tijd door in huis als in het houten bijgebouw, als ons Belgische weer het toelaat, natuurlijk. Het is in feite hun meest nabije buitenverblijf, een houten schuilplekje waarin ze zich kunnen terugtrekken met een boek en een goed glas wijn.” Het sleutelelement in het creëren van dat vakantiegevoel en ontspanning in de groene omgeving is volgens Roeland het terras. Dat vormt immers de overgang tussen binnen en buiten en als die overgang niet smooth verloopt, ontbreekt een goede tuinbasis. “Daarom plant ik vaak een paar groene struikjes – afhankelijk van wat de klant verlangt – tegen het huis. Op die manier is de overgang wat minder bruusk en wordt alles een mooier, vollediger geheel.”
SPELEN MET ZICHT
Om diezelfde reden varieert Roeland het overzicht over de tuin met zichtvernauwingen. Om het gevoel van uitgestrektheid en perspectief zeker niet te verliezen, blijft het overzicht op de tuindiepte behouden. Men kijkt uit op de vijver en de frisgroene kruinen van de lindedreef die daarboven hangen, Die bomenlijnen vormen de centrale as waarrond de symmetrie in de tuin is opgebouwd. Door de zichtvernauwing creëert Roeland meer diepteperspectief. Al is de symmetrie op vraag van de klanten niet volledig doorgetrokken: qua beplanting verschillen de twee zijdes, opdat de tuin met veel verschillende kleuren gevuld kon worden. Het zicht op de tuinlengte is ook de reden waarom het wateroppervlak van de vijver gelijkloopt met het niveau van het gazon. Zo wordt die horizontale lijn niet verbroken en ontstaat er geen lege ruimte tussen het eerste gedeelte van de achtertuin en het achterste deel. Zeker het zicht vanop de eerste verdieping, vanuit de slaapkamer, toont de bedoeling van de architect.
DUURZAAM MATERIAAL
Roeland werkt meestal – en ook het liefst – met duurzame materialen. “Dat druist soms in tegen de trends die je kan volgen op internet en allerhande tuinprogramma's. Trendy materialen zijn immers vaak mooi op foto, maar men mag niet vergeten dat foto's momentopnames zijn. Het is een ontegensprekelijk feit dat goedkope materialen nu eenmaal sneller hun kleur en degelijkheid verliezen.
OVERTUIGING EN PASSIE
“De wil van de klant is natuurlijk heel belangrijk, maar als ik niet het juiste gevoel bij het plan heb of de verwachtingen van de klant strijken volledig tegen mijn eigen visie in, durf ik al eens een opdracht te weigeren. Dat gaat niet om gelijk krijgen of om mijn eigen zin doorvoeren, maar ik ben ervan overtuigd dat wanneer ik me niet 100% kan vinden in het project, dat ook te merken zal zijn – hoe ongewild ook – in het eindresultaat. En dat wil ik ten alle tijde vermijden, ook voor de klant. Een tuinproject is het scheppen van een leefwereld, is inschatten en aanvoelen hoe deze zal evolueren en daar een harmonieus geheel van maken. Zoiets doe je met een uitgebreide kennis, maar evenzeer met je gevoel en overtuiging.”