In het Belgische Leuven is een moderne kloostertuin aangelegd op een historische plek in het oude centrum van de stad. De zusters van een kloosterorde wilden een frisse, nieuwe tuin. Bureau Landschaps- en tuinarchitecten Vranckx uit Geel heeft in overleg met de zusters een eigentijds ontwerp voor een moderne kloostertuin gemaakt.
De kloosterorde 'Zusters Franciscanessen van het Heilig Hart' krijgen nauwelijks nieuwe aanmeldingen meer. Met het kleiner worden van de kloosterorde wilden de zusters een nieuwe, kleinere woonruimte. Een moderne accommodatie werd gebouwd naast de oude woonlocatie. Hierbij wilden zij graag een nieuwe en moderne tuin.
Er is geen uitzicht op de omringende omgeving en ondanks de ligging in het hartje van Leuven is het er verbazingwekkend stil. Oude sporen en enkele markante historische elementen wezen op een eeuwenlang gebruik van de tuin als religieuze buitenruimte. Alle reden om hier voorzichtig mee om te gaan. Roeland Vranckx zegt hierover: ,,Ik verwachte een behoudende opdrachtgever, maar verrassend genoeg wilden de zusters vooral veel 'nieuw'. Enkele planten uit de vroegere tuin moesten een plek krijgen maar verder kreeg ik de vrije hand voor een moderne inrichting van de kloostertuin.''
De tuin is een rustpunt in de drukte van de stad. Dit contrast maakt de tuin een uitgelezen plek om te mediteren en te genieten van de stilte. De geest vindt er gemakkelijk rust waardoor de tuin een plek van bezinning is geworden.
Toen verschillende ornamenten tevoorschijn kwamen uit het bouwafval dat overal in de tuin lag, wilden vader en zoon Vranckx deze een speciale plek geven. Onder andere een stenen sokkel uit 1504, een oude doopvond en een beeld van Franciscus, de beschermheilige van de kloosterorde, zijn gebruikt in de tuin. Verwijzingen naar het christelijke geloof zijn in de hele kloostertuin te vinden. Religieuze ornamenten, een kruisgang en planten met een symbolische betekenis maken duidelijk dat de kloostertuin is verankerd met het christelijke geloof.
De tuin moest een oase van rust opleveren in de drukke Leuvense binnenstad. De ontwerper wilde ook afwisseling en contrast in de tuin brengen. Hij deed dit door de kloostertuin op te delen in drie tuinen: binnentuin, buxustuin en rozentuin. Deze drie ijkpunten hebben een eigen sfeer maar passen naadloos in het geheel. In elk tuindeel staat een bankje waar het aangenaam toeven is. Hier kunnen de zusters mediteren, praten, lezen of gewoon van de tuin genieten.
Verschillende ornamenten kwamen tevoorschijn uit het bouwafval dat overal in de tuin lag. Bijvoorbeeld een stenen sokkel uit 1504 van een stadspomp, een doopvond en een beeld van Franciscus, de beschermheilige van de kloosterorde. Op veel afbeeldingen is hij samen met vogels te zien en zodoende is hij een belangrijke inspiratiebron voor deze tuin.
Het grote terras dat aansluit bij de veranda van de kloosterwoning is een centrale plek voor het sociale leven van de zusters. Deze plek is omgeven door Leilinden die in een J-vormige figuur worden geleid. Onder de leilinden slingeren buxusvlakken en tuinpaden ononderbroken door. Vanaf het terras zijn verschillende doorzichten naar de tuin gemaakt met als grote blikvanger de kletterende fontein. Roeland Vranckx legt uit: ,,Een waterbron staat symbool voor de levenskracht van de aarde en het wateroppervlak weerspiegelt de hemel. De fontein is een waterspel van drie lagen waar vogels op af komen. Hiermee verwijst de fontein ook weer naar de heilige Franciscus als middelpunt van de tuin.''
Onder de oude Prunus begeleiden buxuswolken een zichtas van arduinen stapstenen met centraal hierin een zonnewijzer. Buxus of 'palmboompje' is in vele kloostertuinen te vinden als teken van de overwinning van het leven op de dood. Palmtakken werden gebruikt om Jezus te verwelkomen in Jeruzalem en het palmboompje verwijst hiernaar.
Tijdens het bidden van een rozenkrans wordt het leven en lijden van Jezus overdacht en zijn wederopstanding. Iedere keer dat iemand een 'wees gegroet' bidt zou deze Maria een mooie roos schenken, oftewel een eerbetoon betuigen aan Maria. Een rozenborder mocht dan ook niet ontbreken in de kloostertuin. De zusters zijn erg gek op de rozenwaaier en zeiden hierover: ,,Indien er een stervende doorheen zou gedragen worden, zal deze ogenblikkelijk opnieuw tot leven zijn geroepen.''
Een imposante, oude Prunus cerasifera 'Atropurpurea' werd op een belangrijke plek ingepast in de nieuwe tuin. Nieuwe bomen zijn aangeplant om het zicht op minder fraaie woningen in de omgeving te beperken. Bovendien zijn bomen zeer geliefd bij de zusters vanwege de schaduwwerking en de verkoeling die bomen geven op warme zomerdagen.
Er is vooral gekozen voor bomen die accenten geven aan de seizoenen met bloei in het voorjaar en vruchten en herfstkleur in het najaar. Voorbeelden hiervan zijn de Pyrus calleryana 'Chanticleer' en Crataegus media 'Paul's Scarlet'. Leilinden zijn toegepast als transparante wand tussen de tuinkamer met terrasgedeelte en de rest van de tuin.
Enkele hoge hagen schermen delen van de tuin af om je nieuwsgierig te maken naar wat er achter de hagen is te zien. Beukenhagen en haagbeuken in afwisselende hoogtes en verschillende breedtes slingeren door de tuin. Het verschil tussen beide soorten hagen beleef je vooral in de winterperiode. De beukenhaag houdt het blad langer vast dan de haagbeuk, maar deze laatste loopt iets vroeger uit in het voorjaar.
Wintergroene buxusvormen slingeren als een groene draad door de hele tuin. Aaneengesloten buxuswolken, golvende hagen en gesnoeide buxusbollen geven met organische vormen structuur aan de kloostertuin.
Toepassing van robuuste heesterbeplanting is afgewisseld met een klein aandeel vaste planten om het onderhoud beperkt te houden.
Daarnaast zijn door de hele tuin, zonder medeweten van de zusters groepen bolgewassen geplant. Roeland Vranckx zegt hierover:,, De verrassing was groot toen in het voorjaar allium (=in zomer), crocus, muscari en narcis zich als eerste lieten zien. Bloembollen worden eigenlijk veel te weinig toegepast.''
De ontwerper wilde een tuin creëren die het heden en het verleden met elkaar verbindt. Oude Katholieke tradities en symbolen heeft Roeland Vranckx in een eigentijds tuinontwerp opgenomen. Het moderne tuinplan is hierdoor verankerd met de eeuwenoude plek van een kloostertuin. Tuinarchitecten Vranckx zeggen hierover:,,We wilden van de tuin een stedelijke meditatiekamer maken, een soort groene ‘outdoor kapel’. In ons hoofd zagen we al een tuin die met symboliek en spiritualiteit de zin van het leven kon weerspiegelen. We kregen kreeg de zusters in eerste instantie niet warm voor deze visie. Pas na oplevering van de tuin en het overhandigen van het tuindossier zagen zij de achterliggende betekenissen van het ontwerp in. In het tuindossier hebben we de zusters uitgelegd dat de tuin als een puzzel in elkaar steekt en het geheel meer is dan de som der delen. De reacties van de zusters waren zeer positief en voor ons het bewijs dat een eigentijds tuinontwerp heel goed gecombineerd kan worden met christelijke symboliek en oude tradities.''
Al in de middeleeuwen werden in Kloostertuinen medicinale kruiden, plukbloemen en planten met symbolische kleuren toegepast. Hierbij enkele voorbeelden die ook in de Leuvense kloostertuin zijn geplant:
Kruiden met een medicinale werking:
Hypericum (sint-Janskruid)
Rosmarinus officinalis (rozemarijn)
Lavandula angustifolia (lavendel)
Thymus praecox (kruiptijm)
Plukbloemen voor bij het altaar:
Anemone hybride(X) 'Honorine Jobert'
Echinops ritro
Phlox emerald 'Cushion Blue'
Narcis soorten
Muscari soorten
skimmia japonica 'Marlot'
Ilex meserveae 'Blue Prince'
Syringa vulgaris soorten
Hedera helix Arborescens 'Compact'
Plantkleuren die verwijzen naar bijbelse symboliek
Rood liefde, lijden, offer
Roze licht dat doorbreekt
Geel licht, luister,glorie, maar ook afgunst, verraad
Blauw goddelijkheid, onschuld
Paars rouw, boete
Wit vreugde, feest, waarheid, reinheid